IN BETHLEHEM SCHIJNT EEN SCHITTEREND LICHT
Het volk dat in duisternis ronddoolt ziet een schitterend licht. Opeens staat er een engel van de Heer!
De grasvlakte bij Bethlehem waar het juist nog donker was, wordt plotseling overspoeld met licht. Een licht zoals niemand ooit heeft gezien. De bron ervan is niet van deze wereld. De herder is vervuld van eerbied. Hij beseft dat dit moment heilig is.
Zijn vrouw naast hem staat verstijfd van schrik. Ze laat de kruiken bijna uit haar handen vallen. Het vreemde licht vervult haar van angst. Alsof zij zich ineens bewust is van haar tekortkomingen door iets wat groter is dan zijzelf. Ze beeft en weet niet wat te doen.
De engel zegt: ‘Wees niet bang, want ik kom jullie goed nieuws brengen dat grote vreugde betekent voor heel het volk: vandaag is in de stad van David jullie redder geboren. Hij is de Messias, de Heer. Dit zal voor jullie het teken zijn: jullie zullen een pasgeboren kind vinden dat in doeken gewikkeld in een voederbak ligt.’ |
Ook sommige dieren zijn onder de indruk van de verschijning. De kat lijkt op de vlucht te willen slaan, geschrokken als ze is. De hond is er gehoorzaam bij gaan zitten, alsof zijn baas hem dat beval. Alleen het schaap ligt met zijn kop op een richel en slaapt gewoon door. Het voelt zich veilig, vreest geen onheil. Ondertussen houdt de hond zijn oren gespitst. Het lijkt wel alsof ze vannacht nog ergens heen zullen gaan.
Het licht schijnt in de duisternis. Jozef en Maria kunnen het amper nog bevatten. Hun kind is geboren in een verlaten stal aan de rand van Bethlehem. Zij hebben een zoon. Ze zullen hem Jezus noemen, zoals de engel hun gezegd had, lang geleden. Ze buigen zich over de kribbe met hun in doeken gewikkeld kind. Zich niet bewust van wat er zich elders afspeelt.
Plotseling komen er mensen de stal binnen! Twee herders. Een met een schaap op zijn schouders, de ander met een lam in zijn handen. Die laatste knielt eerbiedig voor het kind. Ze vertellen Maria en Jozef wat er gebeurd is. Ze hebben een engel van de Heer gezien, die zei: ‘‘Vandaag is in de stad van David jullie redder geboren. Hij is de Messias, de Heer.’ De herders verbazen zich erover. Het is allemaal precies zoals de engel gezegd heeft. Zij hebben het kind gevonden. Maria bewaart hun woorden in haar hart en zal erover blijven nadenken, lang nadat de herders vertrokken zijn.
De os ligt broederlijk naast het schaap dat de herder de avond tevoren in de stal had achtergelaten. Hij is net weer binnen gekomen maar heeft vreemd genoeg weinig belangstelling voor zijn dier, ofschoon ze zojuist een lammetje heeft gekregen. Hij lijkt helemaal op te gaan in het tafereel naast hen. De os blijft onbewogen onder alle plotselinge drukte. Het moederschaap rolt zich om haar pasgeboren jong. Zodat het warm blijft.
In Bethlehem gaat de herberg gehuld in diepe duisternis. Overal zijn de sporen van het feest van afgelopen avond nog zichtbaar. Kruiken liggen wanordelijk op de grond, de deur naar het slaapvertrek is gesloten. Nergens is iemand te bekennen.
De eenzame kameel slaapt. Hij is het enige tastbare bewijs van de karavaan die hier vandaag is neergestreken. Drie belangrijke mannen met hun gevolg, op reis naar een mysterieuze bestemming waarover ze niemand iets wilden vertellen. Vanmiddag nog zinderend van opwinding, maar vannacht verkeert alles in diepe rust. Ze hadden die avond willen waken, in afwachting van het middernachtelijk uur. Maar hun ogen vielen steeds dicht. De drie wijzen zullen later hun missie alsnog vervolgen. Maar vannacht niet meer.
Een kind is geboren. Allen die in de stal verblijven, Maria en Jozef, de herders en de dieren, worden beschenen door een helder licht van een stalende ster recht boven de stal. De herders hebben het gezien en zijn nu als eerste bij het kind. De ezel werpt een laatste blik op het jongetje, dat hij al droeg toen hij nog in de buik van zijn moeder zat. Nu ligt hij in het stro van de kribbe en slaapt. Net als het pasgeboren lam ernaast, dat tegen zijn moeder aan ligt.
Het is een wonderlijke nacht in Bethlehem. Engelen verschijnen aan herders en verkondigen de blijde boodschap. Recht boven de stal schijnt een heldere ster. Wat dit zeggen wil begrijpt alleen degene die deze tekenen kan verstaan.